Overslaan naar hoofdinhoud

Hoe gaan oefenweeën over in ontsluitingsweeën, hoe weet de gynaecoloog of je voldoende ontsluiting hebt bereikt en wat te doen bij een weeënstorm? En in hoeverre is de bevalling van twee anders dan van één? De zwangerschapstermen en -vragen vliegen je weer om de oren. Maar niet gevreesd, we nemen ze stuk voor stuk met je door en geven antwoord op al je vragen. 

Ontsluitingsweeën: nu gaat het echt beginnen

Weeën kan je een beetje vergelijken met de golven van de zee. Ze komen langzaam op, ze bereiken een piek waarna ze rustig wegebben. Na een korte pauze dient de volgende wee zich weer aan. Je krijgt tegen het einde van je zwangerschap hoogstwaarschijnlijk regelmatig te maken met voorweeën. Deze – in de volksmond – ‘valse’ weeën zeggen nog niets over de snelheid waarmee de bevalling zich aandient en kunnen soms best ontmoedigend werken. Probeer te ontspannen en zoek afleiding. De valse weeën gaan uiteindelijk over in ‘echte’ weeën: ontsluitingsweeën. Deze weeën treden ritmischer op dan de oefenweeën en zorgen voor het verweken en ontsluiten van de baarmoedermond.

De eerste fase van de ontsluiting (tot 5 centimeter) duurt vaak het langst. De ontsluitingsweeën zijn in deze fase nog niet al te heftig, dus probeer zoveel mogelijk door te gaan met je dagelijkse bezigheden. Lig je in bed? Probeer dan door te slapen, want je kan de uurtjes goed gebruiken.

In de tweede fase (5-8 centimeter) worden de ontsluitingsweeën heftiger en de pauzes korter. Probeer je te focussen op de wee en in het moment te zijn. Het bevordert de ontsluiting en de situatie wordt daardoor niet uitzichtloos.

De laatste fase noemen we de eindfase. Dit is de overgang van ontsluiting naar uitdrijving en is misschien wel de moeilijkste fase van allemaal, omdat je nog geen volledige ontsluiting hebt maar soms wel persdrang. Toegeven aan de persdrang kan ervoor zorgen dat de baarmoedermond opzwelt wat zorgt voor een langere ontsluiting. Volhouden, mama! Deze fase is de heftigste, maar duurt het kortst van allemaal (Zwanger Fit).

Hoe lang de ontsluitingsfase duurt, verschilt per vrouw en per bevalling. Het kan ook voorkomen dat de ontsluiting eventjes stopt. Niks aan de hand, dit is heel normaal. Om de ontsluiting te versnellen kan je rechtop gaan zitten of rond gaan lopen. Dat wil vaak helpen (NVOG). Als de laatste centimeters echt niet willen vorderen, kan de verloskundige of gynaecoloog het laatste randje weg proberen te masseren. Ook kan ervoor gekozen worden om extra oxytocine (hormoon dat zorgt voor de weeën) toe te dienen. Vaak ervaar je dan wel meer pijn en ongemak tijdens de uitdrijving omdat deze flink versneld wordt (NVOG). Als het goed met mama en baby gaat, is het vaak niet nodig om in te grijpen. De weeën komen vaak vanzelf weer op gang. Ontsluitingsweeën gaan over in persweeën. Daarover lees je meer in deze blog.

Weeënstorm, wat nu?

Weeën zijn er niet voor niks: ze zorgen voor de ontsluiting en helpen je bij het persen. Meestal zit er tussen twee weeën een paar minuten. Die paar minuten zijn ontzettend fijn om even op adem te komen, maar soms komen de weeën zo snel achter elkaar, dat je ze niet meer van elkaar kan onderscheiden. De ene wee gaat dan gelijk over in de andere. Dat noemen we een weeënstorm. Zo’n aanval van weeën kan behoorlijk pijn doen en veel energie kosten. Een voordeel van een weeënstorm is een snellere ontsluiting. Weet dus dat de bevalling niet lang meer gaat duren.

Bij een ingeleide bevalling, is de kans op een weeënstorm groter. Door het toedienen van oxytocine om de weeën op te wekken, kan je lichaam soms een beetje in de war raken, met een weeënstorm als gevolg. De gynaecoloog zal de weeënstorm dan proberen te sussen door middel van weeënremmers. Je kleine kan namelijk zuurstofgebrek krijgen wanneer een weeënstorm te lang aanhoudt (Isala). Het kan soms voorkomen dat je kleine een beetje blauw ziet bij een snelle uitdrijving, maar dit is niets om je zorgen over te maken. Het trekt vaak snel na de geboorte bij.

Ook bij een weeënstorm is onze tip: ontspan. Dit klinkt als een onmogelijke taak, maar hoe meer spanning je vasthoudt, hoe pijnlijker de weeënstorm wordt. Focus je op je ademhaling en probeer de weeën weg te puffen. Ook een warm bad of een warme douche kan fijn zijn (Zwangeren Portaal).

Toucheren

Om goed te kunnen bepalen hoeveel ontsluiting je hebt en of de ontsluiting überhaupt begonnen is, gaat de verloskundige toucheren. Toucheren is een ander woord voor inwendig onderzoek. Bij dit onderzoek brengt de verloskundige twee vingers in je vagina en kan zo de vordering van de ontsluiting meten, voelen of de baarmoedermond al verweekt is en checken of je baby al ingedaald is. Toucheren doet over het algemeen geen pijn, maar wordt wel vaak als onprettig ervaren. Vaak is toucheren tussen de weeën door het prettigst. Communiceer het daarom goed met je verloskundige wanneer je een wee voelt opkomen (Zwangeren Portaal). Probeer zoveel mogelijk te ontspannen. Een lage buikademhaling en een beetje meepersen tijdens het toucheren kan het onaangename gevoel iets verlichten (Zwanger Fit).

Bevallen van twee

Als je moet bevallen van een tweeling, zal de bevalling waarschijnlijk rond week 37 plaatsvinden. Tweelingen worden vaker te vroeg geboren omdat er simpelweg maar beperkt ruimte is in je buik en door het oprekken van de baarmoeder de weeën vaak vanzelf eerder op gang komen. Het kan ook zijn dat je gynaecoloog je aanraadt om eerder te bevallen. In beide gevallen beval je in het ziekenhuis, omdat het risico op complicaties groter is bij bevallen van een tweeling.

Als de eerste geboren is, komt de tweede daar vaak snel achter aan. Als nummer één eruit is, zal nummer twee zich gaan verplaatsen. Met behulp van een echo kijkt de gynaecoloog of de tweede goed ligt om geboren te worden. Als hij in de lengte ligt, kan je vaak rustig wachten tot de persweeën weer op gang komen, maar als hij dwars ligt zal de gynaecoloog hem eerst proberen te draaien. Als dat niet lukt kan de gynaecoloog de baby voorzichtig aan beide beentjes naar buiten trekken (stuitextractie) of een keizersnede doen om de tweede op de wereld te zetten. (Thuisarts, 2019). In sommige gevallen zal de gynaecoloog een geplande keizersnede adviseren, bijvoorbeeld als je baby’s een groeiachterstand hebben of allebei in stuit liggen. Het is dan veiliger voor jou en je baby’s om te kiezen voor een keizersnede (Radboud UMC).

Hopelijk ben je weer wat wijzer geworden, mama! Check onze andere blogs voor nog een dosis zwangerschapstermen, want wij helpen je met liefde door je zwangerschap en bevalling heen.

Bronnen:

Hentzepeter-Van Ravensberg, H. D. (2008). 9 Het begin van de bevalling.  https://link.springer.com/chapter/10.1007/978-90-313-6304-9_14?error=cookies_not_supported&code=e89dc5e6-a8f6-420e-b039-5637190d4ca9

Isala. (2020, 10 maart). Inleiden van de bevalling (primen).  https://www.isala.nl/patientenfolders/5416-inleiden-bevalling/

NVOG. (z.d.). Spontane vaginale baring.  https://www.nvog.nl/wp-content/uploads/2018/02/Spontane-vaginale-baring-2.0-14-11-2013.pdf

NVOG & Thuisarts.nl. (2019, 5 november). Ik ga bevallen van een tweeling.  https://www.thuisarts.nl/zwanger-van-tweeling/ik-ga-bevallen-van-tweeling#hoe-gaat-vaginaal-bevallen-van-een-tweeling

Radboud UMC. (z.d.). De bevalling.  https://www.radboudumc.nl/patientenzorg/aandoeningen/tweeling-of-meerlingzwangerschap/de-bevalling

Zwangeren Portaal. (2020a, 20 april). Weeënstorm.  https://www.zwangerenportaal.nl/bevalling/alles-over-ween/weenstorm

Zwangeren Portaal. (2020b, 5 oktober). Toucheren.  https://www.zwangerenportaal.nl/bevalling/toucheren